Mijn Moeder.

De spanning is te snijden in huis. Ze heeft weer hoofdpijn . Ik  kom gehaast van school en ga meteen naar huis. Als ik binnenkom hangt er de voor mij bekende  drukkende deprimerende stemming. Ze zit zoals altijd met haar hoofd in haar handen voorover gebogen aan tafel. Ik zet zonder te vragen een pot thee en ga tegenover haar zitten aan de keukentafel. En zoals elke dag vraag ik hoe haar dag is geweest. Eigenlijk  weet ik het antwoord al. En ik weet ook dat ik ,vanaf dat moment , meer dan uur aan die keukentafel zit.
Er komt een waterval van treurnis en klaagzang. Waarin  ze verteld over het ongelukkige leven wat ze heeft geleden en nu nog leidt. Dat ze zo ongelukkig was als kind bij haar akelige moeder. Dat ze met een man is getrouwd die niet luistert, die eigenwijs is, niet romantisch is, vreemd gaat met zijn secretaresse. En dat zij er nog nooit zo fijn over heeft kunnen praten dan met haar dochter. Ik luister zoals altijd  aandachtig en probeer met mijn adviezen mijn moeder te helpen en te troosten. Een perfect klankbord. Na elke sessie zegt ze; " Jij bent mijn beste vriendin". Dat  helpt na zo'n uitputtingsslag van meer dan een uur. Even voel ik mij een klein beetje gewenst. Even denk ik: "Zou ze dan toch van mij houden?"
Zelf heb ik geen behoefte aan vriendinnen. Mijn  moeder is mijn beste vriendin. Ik heb toch niemand anders nodig?
Op school ben ik met haar bezig. " Zou ze vandaag wel uit bed komen ?"
En in het ergste geval: "Ze neemt nu toch niet weer teveel pillen in?" Na  school ga ik direct naar huis, blijf niet langer kletsen, ben slim geworden in het bedenken van smoesjes. Ik ga niet uit, zelfs niet naar een verjaardag. Met haar ga ik naar de stad. Met haar ga ik boodschappen doen. Van haar krijg ik dure kleren, snoep, cd's, etc. Van haar krijg ik teveel zakgeld. Met haar praat ik over het leven. Met haar ga ik ,na het bezoek aan de Appie Heijn, in de auto naar het Oranjewoud. We parkeren midden in het bos en we praten verder over haar man , het vreemdgaan van mijn vader, over haar verdrietige verleden, over haar gevoel, over haar akelige ervaringen met mannen.
En ik ? Ik ben blij met de aandacht. Blij dat ik er voor haar kan zijn.
Ik hoor het haar het nog zeggen: " Jammer  dat je geen vriendinnen hebt, waarom ga je toch niet een keer uit?". "Ach, je lijkt ook zo op mij ". en : " Ik durfde het ook niet hoor, gelijk heb je dat je bij mij blijft.".
En de opmerking die het meeste indruk maakt ; " Als je gaat mis ik je zo, ik heb je zo nodig. "
Ik heb heel lang gedacht dat het bij iedereen er zo toe ging. Dat iedere moeder/ dochter relatie zo goed en intens was als de onze.
Totdat ik naar de middelbare school ging en daardoor langer van huis was . Ik kreeg tijd . Tijd om na te denken, tijd om te voelen. Op een gegeven moment voelde het zo fout! Ik kwam tot de ontdekking dat ze niet te helpen was. Dat ze een bodemloos vat was. Niet te helpen hoe goed ik mijn best ook deed.
Ik kan mij nu nog vaak zo intens verdrietig voelen. Maar ook woedend  om de weg gegooide jaren waarin ik haar tevergeefs heb geprobeerd  te helpen. Het is allemaal voor niets geweest. Weg!! Weg jeugd. Nooit geleerd contact te maken met leeftijdsgenoten, nooit lekker kunnen giebelen, altijd bang, altijd stress, altijd zorgen, altijd onzeker en wantrouwend, nooit een hartsvriendin, nooit lekker in de stad rondhangen, nooit een feestje, nooit een lekkere misser gemaakt, nooit geleerd, ervaren.
Mijn  moeder heeft mijn  jeugd gestolen.
Jaren van mijn leven hebben  in het teken gestaan van haar ,van haar verdriet, haar pijn, haar ellende en eenzaamheid. Als tienjarige was ik maatschappelijk werkster. Maar dan zonder diploma.
Ik was lange tijd mijn moeders moeder. Dat is nu gelukkig voorbij.
Jammer mam. Want ik had je ook zo vreselijk nodig.